Tunnelveiligheid: ondergrondse veiligheidsproblemen zijn altijd bovengrondse discussies.

Niet ver van mijn woning ligt al een klein jaar de nieuwe A2 tunnel te wachten om in gebruik te worden genomen. Een tunnel, die zoals b.v. de Roertunnel in de A67 inmiddels een bewogen geschiedenis heeft. De vorm is aangepast (van dicht-open naar geheel dicht), er is gepraat over de WBDBO van het beton, wel of niet bebouwing op het dak (want de tunnel is o.a. bedacht om het stadsdeel Leidsche Rijn mooi bij de rest van Utrecht te laten aansluiten), wel of niet een schuim blusinstallatie, sprinklers, ontsnappingsdeuren etc. etc. etc.. Brandweer Utrecht en de Veiligheidsregio Utrecht hebben het er tot op de dag van vandaag maar druk mee. Wat is er nu aan de hand? De tunnel moet nog twee jaar dicht blijven omdat “de veiligheidsvoorzieningen” niet operationeel of aangebracht zijn terwijl de rest van de A2 bij Utrecht inmiddels naar 10 rijbanen is vergroot en zo goed als klaar is. Dit heeft tot aanleiding gegeven tot reparerende debatten en discussies tussen Verkeer en Waterstaat en de Gemeente Utrecht met als uitkomst dat er noodwegen, snelheidsbeperkingen worden aangelegd (helaas niet gratis) en dat de sfeer tussen de bestuurslagen onder spanning is komen te staan.

Ook is verzoek van partijen door prof Ale (TU-Delft) en prof Horvath (Horvath & Partners) een kritische blik geworpen op de processen en afspraken met de veiligheidsvoorzieningen tot dusver: zie http://dnu.nu/artikel/2986-a2-dossier-openbaar-na-druk-raad-en-pers. De deskundigen beoordelen de risicoanalyses als voldoende, behoudens enkele opmerkingen:

  • De gegevens moeten overal consistent zijn;
  • Eenduidig moet worden vastgesteld aan welke eisen/criteria niet voldaan wordt;
  • Getoetst moet worden of de uitkomsten van de scenarioanalyse op correcte wijze zijn meegenomen in de QRA (Quantitative Risk Analysis).

Inmiddels wordt er in dezelfde A2, maar nu ter hoogte van Maastricht weer een nieuwe tunnel ontworpen. Ook hier verlopen de contacten tussen partijen niet optimaal en zijn er “oliemannetjes” nodig om e.e.a. te smeren.

Als wij dit alles overzien constateer ik dat alles wat we “onder de grond stoppen” boven de grond tot extra discussie leidt. In formule:

Qdiscussie over veiligheid = Ionder de grond / Iboven de grond

Waarbij Q staat voor “hoeveelheid”en I staat voor “infrastructuur”.

Als wij dit weten en het gegeven dat de “Infrastructuur boven de grond” ook al regelmatig voor veiligheidsproblemen en –discussie zorgt, dan moet ik constateren dat de onderhandelaars van de hulpverlenende instanties in NL (denk aan Brandweer, GHOR en Politie) zich onvoldoende bewust en geschoold zijn om met deze problematiek om te gaan.

Ik pleit er daarom voor om aparte Masterclasses te ontwikkelen waarbij hulpverlenende partijen bijgeschoold worden in de bijzondere ondergrondse veiligheidsaspecten en processen. Een goede start lijkt mij een integraal symposium waarbij het e.e.a. voor het voetlicht wordt gebracht. Titel: Licht in de (veiligheids-) duisternis. Ik zal mij thuis in ieder geval een stuk veiliger gaan voelen.

Dit bericht is geplaatst in Brandweer met de tags , , , . Bookmark de permalink.